Tweede brief aan de gouverneur en de burgemeester

Geachte gouverneur Cathy Berx, Geachte burgemeester Bart De Wever,

Een zucht misstaat hier wellicht niet, bij dit nieuwe schrijven net als bij het lezen ervan. Wellicht had u het ook graag gelaten bij mijn brief voorbije zomer, waar u nooit rechtstreeks op antwoordde, maar gelukkig wel uw daden liet spreken. Ook nu zitten we in onmogelijke tijden, met (schijnbaar) niets dan slechte keuzes op het menu.

In het nieuws en op de sociale media ging het over het tellen van pizza’s en toonde men foto’s van drones met politiestrepen. U klonk erg boos. De cijfers dalen te traag naar wens, er staan feestdagen op de kalender en alweer zit u klaarblijkelijk tussen de hamer van de wetenschap en het aambeeld van de samenleving. Ja, wat moet je dan?

Kinderen die opgroeien in ruzie weten goed dat je niet moet letten op de inhoud, maar op de toon. Eens die toon een bepaalde hardheid aanneemt of een bepaald volume overstijgt, weet je dat er scherven volgen. En ja, het is die toon die nu in de lucht hangt. Het moment waarop de kwetsbaarsten onder ons het hoofd in de kraag trekken in de hoop dat ze niet mee ten onder gaan in het conflict.

Of misschien hebt u al wel eens gehoord dat minachting de laatste piste is in een relatie? Eens je minachting ontwikkelt voor je partner, is er vrijwel nooit een weg terug. In bijna alle gevallen wordt dat zeer goed aangevoeld en met een evenredige minachting beantwoord. Ook de relatie tussen verkozenen en kiezers ontsnapt niet aan die wetmatigheid. U begrijpt vast ook dat u geen respect zal ontvangen van mensen die zichzelf geminacht voelen. Dat heeft weinig met wetenschap te maken, maar alles met hoe we in elkaar zitten. Lang voor we denkende mensen waren, waren we sociale apen. Het zou een ontstellende vergissing zijn dat te vergeten.

En ja, u zit met een probleem. We begrijpen het wel hoor. U wil ten allen koste een nieuwe besmettingsgolf vermijden. En het is al een beenhard jaar geweest voor velen, ja, vrijwel zeker ook voor u. We staren al lang naar onze eigen duisternis. De verleiding is ongetwijfeld groot om gewoon te kiezen voor iets dat schijnbaar zo ter uwer beschikking ligt: keiharde repressie. Maar zou dat u echt een rustige kerstvakantie geven? Dat is toch erg twijfelachtig.

Geachte gezagdragers, misschien hebt u dit raadsel al eens gehoord. Wat gebeurt er wanneer een niet te stoppen kracht een niet te bewegen voorwerp tegenkomt?

Misschien is dit een moment om even te kijken waar we zijn. De kortste dagen van het jaar komen er aan. De zon geeft even alle voorkeur aan de andere kant van de planeet, zoals het altijd heeft gedaan. Het is niet moeilijk om dan te bedenken waarom er zoiets als het kerstverhaal bestaat. Want zou er een donkerder moment te bedenken zijn, dan met een zwangere vrouw in een stal terecht te komen op de donkerste winternacht, om aldaar een bevalling te moeten zien overleven? Zonder enige hulp, behalve misschien de warmte van een verwarde os en ezel. Of je nu echt gelooft in dit verhaal, of gelooft in de waarheid van allegorieën, het is niet moeilijk om te zien waarom het zo goed bij het jaareinde past.
Maar er zit natuurlijk een tweede deel aan dat verhaal. Dat van de ster, dat van de koningen en de schatten die ze meebrengen. Wat is dat dan, behalve een extreem in de verf gezette versie van het idee van hoop? De zon zal terugkomen, dat zeggen we elkaar in feite. We zijn er nog. We geraken er wel door. Zolang we maar een ster hebben om ons op te richten en beseffen welke schatten we eigenlijk rond ons hebben liggen.

Misschien, heel misschien hebben we dat gewoon nodig, een ster en wat dankbaarheid? Zowel voor u als voor ons, uw knoeiende en ploeterende burgers.

Wat die ster zou moeten zijn is niet zo moeilijk te bedenken. Vertel ons waar we ons op moeten richten om het licht terug te vinden. Zeg ons op welke datum we moeten en zullen landen, wanneer we onze vrijheden herwinnen. U mag er de zotste dingen voor vragen, zolang u maar een datum geeft. Wil u dat we de quasi leegstaande vliegtuighavens ombouwen tot gigantische inentingscentra? (Alle apparatuur voor identiteitscontrole, vervoersmogelijkheden, etc, zijn er al!) We doen het. Maskers stikken tot onze vingers bloeden? Geen probleem. Begripvol zijn voor al die boze mensen online, écht naar hen luisteren en zoeken naar compromissen? Ook dat hoeft u maar te vragen, zolang u ons een datum geeft waarop we ons feest mogen plannen.

Dankbaarheid is gemakkelijker. Hoewel. Misschien moeten we eens heel even niet enkel naar die gouden mensen werkende in de gezondheidssector kijken. Misschien is het tijd voor alle vergetenen? De talloze mensen die hun normale behoeften opzij hebben geschoven voor het algemeen goed. Mensen die in de stilte en de duisternis zitten wachten tot het voorbij is, voor het grootste deel zonder een kik te geven, of misschien nu en dan een beetje gekerm. (Niemand is perfect.) Laten we eens dankbaarheid tonen voor al die mensen die zich doorheen angst en intern verzet moeten bijten. Mensen die bijna elke dag de strijd aan moeten gaan met zichzelf, gewoon om staande te blijven. Voor hen zal ik applaudisseren op kerstavond, doen jullie mee? Niet voor de sterksten onder ons, maar voor de moeizame overlevers. De expeditie gaat maar zo snel als de traagsten in de stoet. Ook zij verdienen onze dankbaarheid, al was het maar voor hun volharding. Ook al lopen ze vaak over van schaamte.

Dit is het antwoord op het raadsel: Wanneer een niet te stoppen kracht een niet te bewegen voorwerp tegenkomt, geven ze zich (best) aan elkaar over.

Maar wat dan met kerstdagen en het eindejaar? Laten we ons aan elkaar overgeven. Alsjeblieft. Zeg nog eens luid en duidelijk dat we goed moeten oppassen. We weten ondertussen heus wel wat dat betekent. Maar zeg ook eens dat u ons daarin vertrouwt. Ja, we hebben dat nodig om het ook effectief te kunnen. En laten we ons dan aan elkaar overgeven. U aan het vertrouwen dat we ons uiterste best zullen doen en wij aan het vertrouwen dat u niet repressief komt binnenvliegen op kerstavond. Gun die agenten ook tijd bij hun geliefden.

Kan dat mislopen? Natuurlijk. Maar laten we onder ons nu even eerlijk zijn en bekennen dat we weinig tot niets echt onder controle hebben. Het enige wat we kunnen doen is ons richten op een ster hoog aan de hemel en hopen dat die er niet toevallig staat.

Misschien is dat nog een laatste idee, voor oudejaar? We zetten alle lichten heel even uit en kijken samen naar het natuurlijke vuurwerk van het heelal. In het licht van duizenden sterren zien we elkaar misschien weer heel even voor wie we zijn. Dan zingen we liedjes, ieder uit het eigen raam.

Vraag het ons, met vertrouwen, en we doen het. Beloofd.

Met de beste eindejaarswensen,
Thomas Goorden
burgerlobbyist

- TG